In 1992 heeft een ondernemer zijn onderneming geruisloos ingebracht in een BV. Op de dag van oprichting heeft de BV een dochter-BV opgericht en vervolgens de ingebrachte onderneming aan de dochter-BV verkocht. De koopsom werd in rekening-courant schuldig gebleven. Omdat de verkoop binnen een fiscale eenheid plaatsvond kon dit zonder belastingheffing gebeuren. In 1997 wordt de dochter-BV verkocht. Door de verkoop wordt de fiscale eenheid verbroken. De inspecteur past bij... |