De staatssecretaris van Financiën gaat niet in cassatie tegen een uitspraak van Hof Leeuwarden over de behandeling van inschrijfgeld voor de heffing van omzetbelasting. Het hof vond dat het inschrijven als woningzoekende opging in de vrijgestelde verhuur van woningen. Wel is de staatssecretaris van mening dat uit de hofuitspraak niet zonder meer kan worden afgeleid of het gaat om een bijkomende dienst bij de hoofdprestatie of van één prestatie. Voor... |
Selected: 201001
Remove selection(s)
Wie werkzaamheden verricht voor de BV waarin hij een aanmerkelijk belang heeft, valt onder de gebruikelijkloonregeling. In concernsituaties moet de gebruikelijkloonregeling per dienstbetrekking worden toegepast. Een dga die zowel voor de beheermaatschappij als voor de werkmaatschappij werkte, moest voor beide dienstbetrekkingen tenminste een gebruikelijk loon verdienen. De werkzaamheden voor de beheermaatschappij waren echter van ondergeschikte aard en beperkt in omvang. De rechtbank beperkte het gebruikelijk loon tot een bedrag van... |
Een beroepschrift dat na afloop van de geldende termijn is ingediend is niet-ontvankelijk tenzij de indiener van het beroepschrift niet in verzuim is geweest. Dat doet zich voor als de indiener buiten zijn schuld met vertraging kennis heeft genomen van de uitspraak en daardoor het beroepschrift pas na het verstrijken van de termijn, maar zo spoedig als redelijkerwijs kon worden verlangd, heeft ingediend. Wat bij overschrijding van de beroepstermijn kan... |
De Rechtbank Haarlem bood de indiener van een beroepschrift de gelegenheid om binnen één week aan te voeren waarom de inspecteur zijn bezwaarschrift ten onrechte niet-ontvankelijk had verklaard. De rechtbank ontving twee weken later een brief waarin de belanghebbende zijn beroepschrift aanvulde. De rechtbank liet deze brief buiten beschouwing omdat hij te laat was ontvangen en verklaarde het beroep ongegrond. Het daartegen gedane verzet verklaarde de rechtbank ongegrond omdat de... |
Een BV had een in 1995 door het ministerie van Economische Zaken verstrekt technisch ontwikkelingskrediet als schuld op haar balans opgenomen. Volgens de kredietovereenkomst hoefde het krediet niet te worden terugbetaald voor zover het na 10 jaar nog niet was afgelost. In een beschikking van 2006 deelde SenterNovem mee dat de BV aan alle verplichtingen uit de kredietovereenkomst had voldaan, dat de overeenkomst was beëindigd en dat het per 31 mei... |
De winst die door een ondernemer wordt behaald met de verkoop van landbouwgrond is ten dele vrijgesteld. Deze landbouwvrijstelling houdt in, dat de waardeverandering van de grond bij voortgezette agrarische bestemming (de WEVAB) niet is belast. Andere waardeveranderingen, bijvoorbeeld door gewijzigde bestemming van de grond of door verbetering, zijn wel belast. Een melkveehouder verkocht in 1996 een perceel grasland, dat pas in 2002 werd geleverd. De vraag was of de... |
Premies voor een lijfrenteverzekering zijn onder voorwaarden aftrekbaar van het inkomen. De voorwaarden hebben betrekking op de aard en de vorm van de verzekering en op de aanwezigheid van een pensioentekort. Als aan deze voorwaarden is voldaan is de premie tot zekere bedragen aftrekbaar, mits deze tijdig is betaald. De directeur en enig aandeelhouder van een BV liet de BV de premies voor zijn lijfrenteverzekering betalen aan de verzekeringsmaatschappij. De... |
De Hoge Raad heeft een uitspraak van Hof Den Bosch over de WOZ-waarde van een woning met bouwtechnische gebreken vernietigd. Het hof stelde eerst vast dat de heffingsambtenaar van de gemeente niet aannemelijk wist te maken dat hij in zijn taxatie voldoende rekening had gehouden met de gebreken van de woning. Vervolgens oordeelde het hof dat ook de woningeigenaar de door hem verdedigde waarde niet aannemelijk wist te maken. Het... |
Een fout die in een eerder jaar is gemaakt bij de vaststelling van het vermogen van een onderneming kan met toepassing van de foutenleer in een later jaar worden hersteld als herstel niet meer mogelijk is in het jaar waarin de fout is ontstaan. Toepassing van de foutenleer houdt in dat het beginvermogen van een jaar wordt gesteld op het eindvermogen van het voorafgaande jaar indien bij verbetering van de... |
Een werkgever kan een werknemer schorsen. Dat houdt in dat de werkgever de werknemer tijdelijk verbiedt om zijn werkzaamheden te verrichten. Schorsing is geen maatregel die in de wet is opgenomen en uitgewerkt. De rechtmatigheid van een schorsing wordt getoetst aan de beginselen van goed werkgeverschap. Een werknemer heeft recht op (weder)tewerkstelling, tenzij de werkgever aannemelijk maakt dat hij een redelijke grond voor de schorsing heeft of indien de wedertewerkstelling... |