Of een vermogensbestanddeel tot het privévermogen of tot het ondernemingsvermogen behoort, is afhankelijk van de wil van de belastingplichtige. De keuzevrijheid wordt beperkt door de grenzen van de redelijkheid. Een ondernemer die een perceel grond kocht met de bedoeling om zijn bedrijf daarheen te verplaatsen overschreed de grenzen van de redelijkheid door de grond tot zijn privévermogen te rekenen. Het perceel grond vormde verplicht ondernemingsvermogen. Een latere wijziging van de... |
Selected: 200611
Remove selection(s)
De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel Werken aan Winst aangenomen. Dat betekent dat per 1 januari 2007 de tarieven in de vennootschapsbelasting omlaag gaan. Het normale tarief bedraagt dan 25,5%. Verder komen er twee tariefopstapjes. Over de eerste € 25.000 winst bedraagt het tarief 20%, over de winst tussen € 25.000 en € 60.000 bedraagt het tarief 23,5%. Wanneer goedkeuring van de Europese Commissie wordt verkregen komt er met ingang... |
Per 1 april 2007 komt er een nieuwe Arbeidstijdenwet. Deze wet bevat minder regels over de maximale arbeidstijd. De maximale arbeidstijd bedraagt 12 uur per dienst en 60 uur per week. In een periode van 4 weken mag een werknemer gemiddeld maximaal 55 uur per week werken. Per periode van 16 weken is het maximum gemiddeld 48 uur. Bij diensten van meer dan 5,5 uur is een pauze verplicht. Een... |
Bij de beoordeling van de vraag of iemand een artiest is hechten rechterlijke instanties veel waarde aan de maatschappelijke opvattingen en aan het spraakgebruik. Het begrip artiest is dynamisch. In antwoord op Kamervragen heeft de minister van Financiën meegedeeld dat hij een onderzoek naar de positie van dj’s niet nodig vindt. Een dj brengt naar eigen artistiek inzicht geselecteerde muziek van geluidsdragers in een zelf gekozen volgorde voor een publiek... |
De Vereniging van accountants- en belastingadviesbureaus heeft in een brief aan de Tweede Kamer een aantal knelpunten in de bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet beschreven. De minister van Financiën heeft in een brief aan de Tweede Kamer een reactie gegeven. De eerste drie knelpunten betreffen de voortzettingseis van vijf jaar. Er wordt alleen een vrijstelling voor successie- of schenkingsrecht verleend indien de verkrijger de onderneming vijf jaar voortzet. Bij bedrijfsopvolging binnen... |
De wet op de loonbelasting 1964 kent de mogelijkheid om op een arbeidsverhouding die geen dienstbetrekking is de regels voor een dienstbetrekking toe te passen. Deze regeling staat bekend als opting-in. Daarvoor moet een gezamenlijke verklaring van degene die uit de arbeidsverhouding een beloning geniet en de beoogde inhoudingsplichtige worden gestuurd naar de Belastingdienst. Volgens Hof Leeuwarden is met het ondertekenen en de toezending aan de inspecteur van een dergelijke... |
Het tarief van de omzetbelasting is een percentage van de in rekening gebrachte vergoeding. De berekening van omzetbelasting kan leiden tot een bedrag in gedeelten van eurocenten. In een dergelijk geval zal moeten worden afgerond op hele centen. De vraag is hoe dat moet gebeuren. Moet of mag voor ieder artikel de berekende omzetbelasting naar beneden worden afgerond of moet rekenkundig worden afgerond? Die vraag speelt in een procedure van... |
De Wet op de Motorrijtuigenbelasting kent een bijzondere bepaling voor de vaststelling van het naheffingstijdvak. Wanneer er als gevolg van gebruik van een motorrijtuig of als gevolg van een wijziging geen of weinig belasting is betaald maar niet kan worden vastgesteld wanneer het gebruik is aangevangen of de wijziging heeft plaatsgehad, mag op grond van deze regeling het naheffingstijdvak op 12 maanden worden gesteld. In andere gevallen geldt de normale... |
Onder druk van de Europese Commissie vervalt per 1 januari 2007 het lage BTW-tarief van 6% voor de levering van hobbydieren. Volgens de Zesde BTW-richtlijn van de Europese Unie mag het lage BTW-tarief alleen worden toegepast op de levering van levende dieren die voor de landbouw of de voedselproductie worden gebruikt. Het Belastingplan 2007 bevatte een dergelijke aanpassing, maar de Tweede Kamer heeft deze uit het Belastingplan 2007 gehaald. De... |
Een maatschap exploiteerde een aantal onroerende zaken. De maten waren een DGA en zijn BV. De DGA sloot met de BV overeenkomsten waarbij de BV zich verplichtte om het (groot) onderhoud aan de onroerende zaken voor een periode van vijf jaar voor haar rekening te nemen tegen betaling van ƒ 250.000 door de DGA aan de BV. De betaling vond plaats door verrekening in rekening-courant per 30 december 1999. De... |