Bij de behandeling van het Belastingplan 2016 in de Tweede Kamer hebben twee onderwerpen veel aandacht gekregen. Het gaat om de voorgestelde wijzigingen in box 3 en de bestrijding van het emigratielek in box 2. De wijzigingen in box 3, die moeten ingaan op 1 januari 2017, komen neer op een hoger fictief rendement naarmate het vermogen toeneemt. Uit de beantwoording van vragen door de staatssecretaris is af te leiden... |
Selected: Inkomstenbelasting201510
Remove selection(s)
De uitgaven die iemand doet voor een opleiding kunnen voor aftrek in aanmerking komen. De uitgaven moeten in een jaar hoger zijn dan een drempelbedrag van € 250. De aftrek is begrensd op een bedrag van € 15.000. In een aaneengesloten periode van maximaal vijf kalenderjaren geldt geen maximum voor de aftrek. De student moet wel jonger zijn dan 30 jaar en hij moet het merendeel van zijn tijd aan... |
Voor de uitkering uit bepaalde kapitaalverzekeringen gelden vrijstellingen in box 1. Deze vrijstellingen zijn gebonden aan voorwaarden over looptijd, duur van premiebetaling en verhouding van hoogste en laagste jaarpremie. De verhouding tussen hoogste en laagste premie mag niet hoger zijn dan 10:1. In de praktijk komt het vaak voor dat deze verhouding wordt overschreden door in een jaar zowel een hoge premie als de normale jaarpremie te betalen. Wanneer in... |
Het kabinet heeft een interdepartementaal beleidsonderzoek naar zzp’ers uit laten voeren. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft het rapport van dat onderzoek met een kabinetsreactie naar de Tweede Kamer gestuurd. Uit het onderzoek komt naar voren dat het begrip zzp’er ruim is en een grote verscheidenheid aan ondernemers omvat. Het aantal zzp’ers in Nederland is in vijftien jaar tijd verdubbeld. Opmerkelijk is dat de groei in het buitenland veel minder sterk is. Doel... |
De Tweede Kamer heeft een motie aangenomen waarin de regering wordt opgeroepen om in box 3 van de inkomstenbelasting het werkelijke rendement te belasten. In de huidige wetgeving is de belastingheffing in box 3 gebaseerd op een fictief rendement van 4%. Het Belastingplan 2016 bevat een voorstel om ingaande 2017 het fictieve rendement afhankelijk te laten zijn van de hoogte van het vermogen in box 3. Dat voorstel gaat uit... |