Als een ondernemer voor een tot het keuzevermogen behorend vermogensbestanddeel eenmaal de keuze heeft gemaakt, dat hij het tot zijn ondernemingsvermogen rekent is er een bijzondere omstandigheid nodig om een andere keuze te rechtvaardigen. In een procedure voor Hof Leeuwarden betrof het een woonwinkelpand, dat in zijn geheel als ondernemingsvermogen was aangemerkt. In een aantal jaren had de ondernemer het pand gesplitst in een ondernemingsgedeelte en een privé-gedeelte aangegeven. Volgens...

Als de opgebouwde oudedagsreserve van een ondernemer aan het einde van een boekjaar hoger is dan het ondernemingsvermogen moet deze reserve voor het hogere deel vrijvallen als de ondernemer in het betreffende jaar en het daaraan voorafgaande jaar niet voldoet aan het urencriterium. Vanwege het verschil in omschrijving ten opzichte van de wet IB 1964 keurt de staatssecretaris van Financiën goed dat belastingplichtigen voor het jaar 2000 geacht worden te...

De staatssecretaris van Financiën geeft in een besluit aan, dat wijziging van de verdeling van gemeenschappelijke inkomensbestanddelen tussen partners niet meer mogelijk is als van één van de partners de aanslag definitief vaststaat. Verzoeken om toepassing van de hardheidsclausule worden afgewezen. Dat betekent, dat partners bij het indienen van hun aangifte van moeten doorrekenen wat de meest voordelige keuze is.

Bij de vaststelling van een aanslag inkomstenbelasting wordt rekening gehouden met de ingehouden loonbelasting door het te betalen bedrag aan inkomstenbelasting daarmee te verminderen. Heeft de afdracht van loonbelasting door de werkgever niet plaatsgevonden, dan vindt toch verrekening plaats als de werknemer erop mocht vertrouwen, dat de werkgever aan zijn verplichtingen had voldaan. In een procedure voor Hof Leeuwarden was in geschil of een werknemer recht had op verrekening van...