Facturen met btw sturen aan Afvalfonds Verpakkingen

In november heeft de VNG aan de gemeenten laten weten dat de bijdragen die zij ontvangen van het Afvalfonds verpakkingen btw-belast zijn. Aanleiding daartoe was een niet eerder gecommuniceerd standpunt van de Belastingdienst dat gemeenten geen wettelijke taak hebben ten aanzien van het scheiden van huishoudelijk afval. Dat is wel het geval voor het inzamelen en zich ontdoen van huishoudelijk afval. De werkzaamheden met betrekking tot het zwerfafval blijft geheel een compensabele overheidstaak. De bijdragen die de gemeenten ontvangen van het Afvalfonds verpakkingen zijn dan btw-belast.

Dat standpunt heeft bij de gemeenten tot nogal wat beroering en onbegrip geleid. Dat werd nog versterkt door het standpunt van de Belastingen dat dit met een terugwerkende kracht van vijf jaar plaats moet vinden. Hierover hebben wij u al in een eerdere nieuwsbrief geïnformeerd.

De VNG is vervolgens met het ministerie van Financiën, het afvalfonds en het NVRD in overleg gegaan en heeft de gemeenten gevraagd nog even geen btw-facturen aan het Afvalfonds Verpakkingen te sturen. Het overhevelen van het scheiden van huishoudelijk afval van de compensabele- naar de btw-belaste activiteiten brengt immers nogal wat administratieve lasten met zich mee. Dat heeft niet alleen betrekking op de direct toerekenbare kosten, maar ook het algemene mengpercentage van de gemeente. Daarnaast lopen de perioden van de renteberekening over de de btw-teruggaven niet gelijk met de heffingsrente over de BCF-nabetalingen, waardoor per saldo rente zal zijn verschuldigd. Per saldo niet alleen een kostbare administratieve inspanning maar ook een financieel nadeel vanwege de heffingsrente.

Het overleg tussen het ministerie van Financiën, afvalfonds, NVRD en de VNG heeft helaas niet geleid tot een soepeler standpunt van het ministerie. Dit handhaaft het nieuwe standpunt dat met terugwerkende kracht moet worden nagefactureerd. Dat leidt tot een extra administratieve inspanning en een financieel nadeel. VNG en Afvalfonds hebben inmiddels via dit bericht laten weten het standpunt van de belastingdienst te respecteren en hiernaar te handelen, waarbij zij aantekenen dat dit standpunt per 1 juli weer zal wijzigen.

Per 1 juli 2020 wordt met het wetsvoorstel 35267 de Europese richtlijn 2018/851 geïmplementeerd. Vanaf dat moment zal de gescheiden inzameling een overheidstaak zijn. De NVRD is van mening dat er voorheen al sprake was van een wettelijke overheidstaak door het LAP en VANG programma en heeft het akkoord niet ondertekend.

Evenals de NVRD betreuren deze gang van zaken. Immers, de gemeenten worden overvallen door de uitkomst van een overleg tussen het ministerie met het Afvalfonds Verpakkingen. De nadelige gevolgen hiervan en alle risico’s worden echter geheel bij de gemeenten gelegd die niet hebben kunnen deelnemen aan dit overleg. De Belastingdienst heeft altijd het standpunt ingenomen dat alle werkzaamheden met betrekking tot huishoudelijk afval tot de compensabele activiteiten moesten worden gerekend. Het zou dan ook van een betrouwbare overheid getuigen als er geen correctie over het verleden zou hoeven plaats te vinden. Te meer, nu de wettelijke taak zich in ieder geval vanaf medio dit jaar uitstrekt tot de gescheiden inzameling. Daarbij komt nog de vraag of de gemeenten de terug te ontvangen btw nog wel in hun afvalstoffenheffing mee mogen nemen.

Wat nu te doen?

Wij gaan ervan uit dat de Belastingdienst het nieuwe standpunt zal uitvoeren.

  1. Allereerst zullen de gemeenten alsnog btw aan het Afvalfonds Verpakkingen in rekening moeten brengen over (dus niet uit) de ontvangen bijdragen over de jaren 2015 t/m 2019. Het jaar 2014 is immers al verjaard;
  2. Vervolgens moeten de gemeenten de aan deze werkzaamheden direct en indirect toe te rekenen voorbelasting overhevelen van hun compensabele- naar hun btw-belaste activiteiten;
  3. Al de directe en indirecte voorbelasting met betrekking tot de in onderdeel 2 genoemde activiteiten moet dan worden overgeheveld van de compensabele- naar de btw-belaste activiteiten;
  4. Het mengpercentage zou over de jaren 2015 t/m 2019 opnieuw moeten worden vastgesteld en afgerekend;
  5. Het voorgecalculeerde mengpercentage 2020 moet opnieuw worden vastgesteld;
  6. Tot slot moeten de uitkomsten worden gecommuniceerd met de Belastingdienst waarop teruggaven en naheffingen volgen.
  7. Er moet een nieuw standpunt worden ingenomen hoe de btw-duiding is vanaf juli 2020 met de verwachte invoer van het kaderrichtlijn afval.

Advies

Laten we vooropstellen dat wij het nieuwe standpunt van het ministerie van Financiën mét de daarbij behorende terugwerkende kracht betreuren.

Wij adviseren de gemeenten nu om nog eens goed te (laten) kijken naar de fiscale positie. Hebben zij in het verleden niet te weinig btw gecompenseerd? Wij denken onder meer aan de exploitatie van begraafplaatsen, re-integratie en opvang van asielzoekers. Kortom, kijk er nog eens goed naar of er niet te weinig btw is gecompenseerd op andere activiteiten en verreken dat dan met de BCF-naheffing voor het scheiden van het afval. Als een gemeente daarin slaagt, kan het nadeel omslaan in een voordeel.

Heeft u vragen, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen:

Marijn van Acht, m.vanacht@duroi.nl, tel. 06 23 71 70 09 of Gert Vos, g.vos@duroi.nl, tel. 06 306 22 999.