De Eerste Kamer heeft de wetsvoorstellen ter aanscherping van de Wet Werk en Bijstand en ter afschaffing van de WWIK en het wetsvoorstel Algemene Heffingskorting aangenomen. Het laatste wetsvoorstel moet voorkomen dat op termijn de bijstandsuitkering hoger zou zijn dan het netto minimumloon. De WWIK was een aparte inkomensregeling voor kunstenaars. Door de afschaffing van deze wet vallen kunstenaars die niet in hun levensonderhoud kunnen voorzien per 1 januari 2012... |
Selected: 201112
Remove selection(s)
De staatssecretaris van Financiën heeft in een brief aan de Tweede Kamer meegedeeld dat de inwerkingtreding van het wetsvoorstel tarief levende dieren in de omzetbelasting niet op 1 januari 2012 zal zijn. De staatssecretarie heeft de Europese Commissie verzocht om uitstel van de invoering, maar heeft nog geen reactie ontvangen op zijn verzoek. De discussie spitst zich toe op het lage tarief voor paarden. Door een amendement valt de levering... |
Iemand heeft een aanmerkelijk belang als hij zelf of samen met zijn partner tenminste 5% van het geplaatste kapitaal heeft in een aandelenvennootschap. Heeft de vennootschap verschillende soorten aandelen, dan wordt per soort gekeken of iemand een aanmerkelijk belang heeft. Aandelen behoren tot dezelfde soort als de verschillen tussen de aandelen zich beperken tot enkele bijzondere rechten als een benoemingsrecht, het recht de naam van de vennootschap te mogen bepalen... |
Wanneer een onderneming deel uitmaakt van een nalatenschap kunnen de erfgenamen een beroep doen op de bedrijfsopvolgingsfaciliteit ter vermindering van de erfbelasting. Die faciliteit is bedoeld om te voorkomen dat de erfgenamen worden gedwongen het bedrijf te verkopen om de belasting te kunnen betalen. Wanneer de onderneming wordt voortgezet wordt, afhankelijk van de waarde van de onderneming, de gehele waarde of een deel van de waarde van de onderneming vrijgesteld. |
Bij de registratie van een auto of een motorfiets in Nederland moet BPM worden betaald. Dat geldt niet alleen voor nieuwe voertuigen, maar ook voor gebruikte. Voor bestelauto’s hoeft onder bepaalde voorwaarden geen BPM betaald te worden. Wanneer de auto niet meer aan de voorwaarden voldoet, moet alsnog BPM betaald worden. De minister van Financiën heeft in het zogenaamde kaderbesluit BPM het herstelbeleid gepubliceerd. Volgens het herstelbeleid wordt aan de... |
De houder van het kenteken van een motorrijtuig moet daarvoor motorrijtuigenbelasting betalen, tenzij het kenteken is geschorst. Tijdens de schorsing mag niet met het voertuig gereden worden; zodra namelijk van de weg gebruik gemaakt wordt, eindigt de schorsing.Voor de heffing van belasting wordt de schorsing als beëindigd beschouwd met ingang van de laatste dag van het tijdvak waarin het gebruik van de weg is geconstateerd. Er kan dan een naheffingsaanslag... |
Nadat de Tweede Kamer de wetsvoorstellen Belastingplan 2012 heeft aangenomen, zijn deze nu bij de Eerste Kamer in behandeling. De staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag inzake de wetsvoorstellen Belastingplan 2012 naar de Eerste Kamer gestuurd. |
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft een nota van wijziging bij het wetsvoorstel verhoging pensioenleeftijd, extra verhoging AOW en flexibilisering ingangsdatum AOW ingediend. De nota herstelt een onjuiste nummering van een wetsartikel. |
De winst van een onderneming wordt vastgesteld met inachtneming van de beginselen van goed koopmansgebruik. Een van deze beginselen is dat niet gerealiseerde winst niet verantwoord hoeft te worden en dat verliezen mogen worden genomen wanneer zij voorzienbaar zijn. Een voorbeeld van ongerealiseerde winst deed zich voor in de volgende casus. Een BV kocht een woonhuis met 1,8 ha grond voor € 435.000. Korte tijd later verkocht de BV het woonhuis... |
Volgens het Burgerlijk Wetboek mogen werkgevers aan werknemers maximaal drie keer aaneensluitend een tijdelijk contract aanbieden met een totale duur van maximaal drie jaar. Als tijdelijke crisismaatregel geldt sinds juli 2010 een uitzondering voor jongeren tot 27 jaar. Werkgevers mogen jongeren tot 27 jaar gedurende maximaal vier jaar maximaal vier opeenvolgende tijdelijke contracten aanbieden voordat een vast contract ontstaat. Deze maatregel is bedoeld om jongeren gedurende de economische crisis langer... |